Madalena, Portugal - Polarsteps
Na een vlotte rit kwamen we ronde de middag aan op de camping. Na het inchecken stopten we eerst nog aan het servicepunt om onze tanks te ledigen en anderzijds te vullen. Daarna pikten we ons een plekje uit, niet te ver van een sanitaire installatie. De ondergrond is er redelijk ongelijk, maar wij hadden geluk en de plaats waar we ons parkeerden was wonder boven wonder redelijk vlak.
Dinsdag 21 juli:
Na het ontbijt wandelden we naar de bushalte van bus 906, de bus die ons voor 1,85€ naar Porto ging brengen; meer bepaald naar bestemming ‘Trindade’ (één van de hoogste punten van historisch centrum van Porto). Vanuit ‘Trindade’ is het een stuk aangenamer om Porto te bezoeken: Porto is namelijk zéér heuvelachtig en wij vinden een afdaling aangenamer dan klimmen. In alle geval was het een zeer avontuurlijke rit: een bus heeft ALTIJD voorrang en deze wordt ook steevast genomen. Alhoewel de bus zeer veel haltes kent onderweg werd er van halte tot halte bijzonder snel gereden door de toch wel zeer smalle straatjes. De duurtijd van de busrit bedroeg ongeveer 45 minuten.
We daalden vanaf ‘Trindade’ en zodoende liepen we eerst door het bankendistrict: hier bevinden zich wondermooie gebouwen met prachtige gevels die over het algemeen zeer goed onderhouden zijn.
Aan de voet van dit district aten we trouwens ’s middags in een restaurant ter hoogte van de ‘Avenida Dos Aliados’ tegenover het standbeeld van Don Pedro IV.
Nadien wandelden we kris-kras door Porto waar we een groot deel van de bezienswaardigheden gingen bekijken. Een greep uit hetgeen we zagen:
De Dom Luis I Brug, een zusterbrug van de Maria Pia-brug, ontworpen door Théophile Seyrig. Dit is eigenlijk een brug in 2 verdiepen: onderaan voor de auto’s, bussen, etc en bovenaan voor de voetgangers en de metro.
De Torre dos Clérigos, de hoogste kerktoren in het centrum behorende bij de Igreja dos Clérigos. De toren kan beklommen worden, bij helder weer is er een goed uitzicht.
Jardins do Palácio de Cristal, een klein park met hoogteverschillen en zeer veel doorkijkjes naar de rivier de Douro.
De Avenida dos Aliados en het uit de eerste helft van de 20e eeuw stammende stadhuis
São Bento stationshal met zijn prachtig tegelwerk met afbeeldingen uit de geschiedenis van de stad en over de geschiedenis van het transport.
Café Majestic, in de rua de Santa Catarina, met het interieur nog in originele staat van begin 20e eeuw.
Igreja de São Francisco: een kerk met als museum ingerichte schatkamer en een grafkelder.
Boekhandel en bibliotheek “Lello”; een boekhandel met plafondschilderingen en een bijzondere inrichting met veel oude houten boekenkasten; deze lieten we links liggen omdat er teveel volk stond aan te schuiven.
De Sé, ofwel de kathedraal van de stad, hooggelegen boven de stad.
Het oude centrum Ribeira welk sinds 1996 op de werelderfgoedlijst staat.
In Ribeira dronken we, aan de oevers van de Douro een litertje Sangria(!). We genoten van het prachtig zicht op Gaia, gelegen aan de andere kant van de oever waar trouwens alle Porto-huizen gevestigd zijn. Tegen de kademuren heeft quasi elk zichzelf respecterend Portohuis een porto-boot liggen: dit zijn de typische bootjes (of replica’s ervan) waarmee men vroeger de porto-vaten vervoerde op de Douro. Nu doen ze vooral dienst als toeristische attractie en kan je er een ‘Portocruise’ mee doen; een boottochtje langs de oevers van Porto.
Vanop ons terrasje in Ribeira waren we getuige van een kleine rand-animatie: enkele kinderen en jong volwassenen doken van de kaaimuur om een verfrissende duik te nemen in de Douro. Daarna gingen ze zelfs een stukje verder en doken ze vanaf de ‘Ponte Louis I’ brug in de Douro!
Na deze attractie was het tijd om terug te keren naar de camping en ditmaal namen we onderaan de ‘Ponte Louis I’ brug de overvolle(!) bus terug naar de camping. En overvol was geen understatement: elke vierkante centimeter van de bus was opgevuld met mensen en hun bagage. 45 Minuten later stonden we opnieuw aan de camping en konden we terug een beetje frisse lucht inademen.
Woensdag, 22 juli:
Ons doel voor vandaag: Gaia, of Vila Nova de Gaia zoals de stad officieel heet ligt recht tegenover Porto op de zuidelijke oever van de Douro. Gaia is veel minder bekend dan Porto en dat is op zich best vreemd, aangezien zo goed als alle porthuizen in Gaia liggen. Veel toeristen die Porto bezoeken weten namelijk niet dat Porto ophoudt bij de Douro en dat aan de overzijde van de rivier Gaia begint. Porto was altijd groter dan Gaia, maar door de hoge huizenprijzen in Porto is Gaia de laatste tien jaar in sneltreinvaart groter geworden dan Porto. Gaia is hierdoor zelfs de grootste gemeente in het noorden van Portugal geworden.
Maar zoals al gezegd is Gaia vooral bekend om zijn porthuizen. Deze bevinden zich hoofdzakelijk langs de rivier de Douro. Tijdens de zomermaanden is de kade van de Douro gevuld met gezellige terrassen.
Om dit doel te bereiken namen we opnieuw bus 906 genomen, maar nu stapten we af aan de halte ‘Sandeman cellars’ in Vila Nova de Gaia.
Vanaf het eerste moment was het overduidelijk: gans de kadestrook staat volledig in het kader van Porto: quasi elk merk is er wel ergens te krijgen en de achterin gelegen Porto huizen trachten volk te lokken met personen die je aanspreken om ze aan te prijzen.
Vanaf het punt vanwaar we de uit de bus stapten liepen we de kade af, weg van de Port Louis I brug, langs de vele marktkraampjes waar we bij één van de vele standjes enkele typische Portugese stukjes patisserie kochtten: ‘Paséis de Nata’. pasteis-de-nataPastéis de nata of Pastéis de Belém (letterlijk: gebakje uit Belém/roomgebakje; enkelvoud: pastel de Belém/natas) is een van de meest bekende zoetigheden uit de Portugese keuken. Het is te verkrijgen in veel cafés en banketbakkerijen in Portugal, maar het oorspronkelijke recept is geheim. Het is in handen van de Fábrico dos Pastéis de Belém in Lissabon. Traditiegetrouw worden de pastéis de Belém warm gegeten, en zijn ze geflambeerd met kaneel en rietsuiker. Het is te vergelijken met crème brûlée of crema catalana. Ze zijn één van de populairste lekkernijen van Portugal. Zàààààlig *good*
Van al dat wandelen hadden we honger gekregen en dus zochten we ons een tafeltje aan een van de vele restaurantjes. Onze keuze viel op restaurant ‘Adega e Presuntaria Transmontana II’ waar we heerlijk aten met zicht op de Douro en Porto.
Na dit intermezzo wandelden we in de richting van het Portohuis dat we wensten te bezoeken: ‘Offley’. Hier zouden we een begeleide tour volgen en ons bezoek afsluiten met een Porto degustatie. We hadden ook al besloten om maar één uitgebreide tour te volgen omdat het maken van Porto uiteindelijk overal hetzelfde procedé is. Portwijn (Porto in het kort) is een typische zoete rode, witte of rosé wijn, geserveerd als aperitief, digestief of als dessertwijn. De druiven van de Porto worden gegroeid langsheen gans de Dourovallei. De Dourovallei is gelegen aan de bovenloop van de rivier de Douro in het noordoosten van Portugal. Veel wijngaarden verbouwen druiven voor port-wijnhuizen in Porto en Vila Nova de Gaia. Een klein aantal daarvan maken hun eigen port. Deze worden dan Single Quinta Port genoemd, zoals bijvoorbeeld Quinta do Noval (een Porto die we later op de dag ook zouden proeven én kopen). We leerden ook dat Porto eerder toevallig was uitgevonden: toen de Engelsen vroeger hun Portugese wijn per schip van Porto naar Engeland vervoerden kwam deze wijn in vele gevallen slecht en verzuurd aan. Om de bewaartijd te verlengen had men er niet beter op gevonden om pure alcohol toe te voegen aan de wijn en toen men deze nieuwe samenstelling proefde kwam men tot de vaststelling dat het best een lekker product geworden was: de Portowijn was geboren.
Daarna bezochten we Portohuis Augusto’s, een Single Quinta Portohuis waar we door de eigenaar enthousiast werden ontvangen en die ons met veel passie vertelde over zijn verschillende Porto’s. Na enkele Porto’s te hebben gedegusteerd kochtten we er een fles Ruby en een fles White Porto van 20 jaar oud.
Om de dag af te sluiten bezochten we als laatste Single Quinta Portohuis Noval, gelegen aan de promenade, niet ver vanaf de brug Pont Louis I. Alhoewel de ontvangst een beetje te wensen overliet kochtten we er 2 flessen Noval Black, een Porto die men veel gebruikt in cocktails, maar die zich ook ongemixt laat drinken.
Na deze gezellige dag namen we, met onze Porto voorraad, opnieuw de bus naar de camping. Deze busrit was in die zin noemenswaardig omdat de bus echt overvol zat en we allen als haringen in een ton op elkaar geperst werden. Bij het verlaten van de bus waren we zelfs bijna een aantal flessen kwijt: één van de papieren zakken scheurde en daardoor kwamen er enkele flessen onzacht op de grond terecht, gelukkig zonder brokken.
Zonder verdere kleerscheuren bereikten we de camping waar we het de rest van de dag rustig aandeden.
-
Frankrijk / Spanje / Portugal – rondrit 3 weken
-
Madalena